Janssen Aannemers: Fluitend op de steiger

‘Bouwvakkers die, vanaf de steiger, fluiten naar passerende mooie vrouwen; ik heb de ophef daarover nooit zo begrepen. Het is bedoeld als compliment!’ Als jochie van 12 stond Peter Janssen (48), directeur/eigenaar van Janssen Aannemers uit Moergestel er al tussen. En genoot.


Uitgave: Juli-Aug 2016
Thema’s: Bouw Ondernemen

‘Dit bedrijf was van mijn vader en zijn drie broers. Ik mocht samen met mijn neefjes in de vakanties op de bouw komen helpen. In die tijd had je nog ouderwets ruige bouwvakkers. Met een zware Van Nelle op de lip en Marianne Weber schallend door de radio. Ze genoten ervan om ons keihard te laten werken. Maar zelf vonden we het ook stoer.’ Sommige van die bouwvakkers zijn nog steeds bij Peter werkzaam. ‘Er is hier geen verloop door ontslag. Eigenlijk alleen wanneer mensen met de VUT gaan.’ 

Voorover in speciekuip
‘Gelukkig is het bouwvakken iets lichter geworden, door meer hulpmiddelen, meer prefab-materialen en strengere voorschriften. Maar het blijft zwaar lichamelijk werk. Probeer maar eens een tijdje voorovergebogen in een speciekuip te gaan staan. Ik heb het aan den lijve ondervonden in de 25 jaar dat ik nu in het vak zit. Ik ben timmerman, uitvoerder en calculator/werkvoorbereider geweest. Timmerman was het allerleukste, vooral het vlaggenbier wanneer het hoogste punt bereikt was. Gezellige sfeer!’

Geen rotzooi
Peter stamt uit de vierde generatie die dit bedrijf voert. ‘Het jaar 1863 is het laatste dat we hebben kunnen traceren.’ Geboren en getogen Moergestelnaren. In eerste instantie nam hij het met zijn twee neven over, maar uiteindelijk heeft hij het roer in zijn eentje overgenomen. ‘Alles in pais en vree, we werken nog steeds samen.’ Als hij érgens een hekel aan heeft is het rommel. ‘Misschien komt het omdat ik als jonge jongen zelf zoveel teringzooi heb opgeruimd op de bouwplaatsen. Ik erger me dood wanneer er een stapel balken neergegooid wordt. Orde en netheid staan hoog op mijn verlanglijstje.’

Stofzuigen
Dat legt hem geen windeieren. ‘De vrouw van de financieel directeur van ASML had gebouwen van ons in Oisterwijk gezien. Ze was geïnteresseerd om ons hun nieuwe woonhuis te laten bouwen, maar wilde graag eerst komen kijken. Drukke mensen, dus ik maakte op avonden en in het weekend tijd voor ze vrij. Dat vonden ze opmerkelijk! Ik niet. Ik zorgde ervoor dat de bouwplaats die ze kwamen bezichtigen er spic en span uitzag.’ Lachend: ‘Ik heb zelfs de ruwbouwvloer laten stofzuigen! Uiteindelijk hebben ze ons werkelijk alles laten doen. Ook het zwembad, de aanleg van de tuin en het timmerwerk van het interieur.’ 

De keuken van Guus
Er komt sowieso veel werk door mond-tot-mond reclame binnen. ‘Wij hebben het Brouwhuis in Oisterwijk gebouwd. De architect won daarmee een BNA-prijs en roemde ons in zijn speech. Zo kwam Guus Meeuwis, die een nieuwe keuken wilde laten bouwen, op ons pad. Zijn architect had een enorm protocol waaraan we moesten voldoen. Pagina’s vol vragen en als klap op de vuurpijl werd een opstel verlangd, waarin wij in 150 woorden moesten omschrijven waarom we de beste partij waren. Toen hij vroeg waarom ik dat weigerde, zei ik: ‘Ik vraag jou toch ook niet of jij een liedje kan zingen.’ Ieder zijn vak. Uiteindelijk hebben we met Guus geproost toen het dak op zijn keuken een feit was.’

Grootste misverstand
Een luxe villa van 75(!) meter breed, fabriekshallen met kantoorgebouwen aan de A58, huizen met binnen- en buitenzwembaden. Peter Janssen bouwt het en zorgt dat hij zelf zoveel mogelijk aanwezig is. ‘Maar ik haal mijn neus zeker niet op voor het zetten van een dakkapel of een huis van anderhalve ton. Dat is het grootste misverstand wat over ons bestaat. We zijn ook heel actief in de sociale woningbouw. Weet je wat het is? Voor bijna alle mensen is dit de grootste uitgave die ze ooit zullen doen. Bij kleine projecten misschien nog wel meer dan die voor de rijkeren onder ons. Dat neem ik zeer serieus. Het maakt ons werk heel verantwoordelijk.’

Tekst: Henrike Brouwer
Fotografie: Kees Bennema

< Alle thema's