De maatschappelijke ontwikkelingen maken het voor de belastingdienst mogelijk nieuwe werkwijzen te ontwikkelen. Gedragscodes worden ingevoerd, grote ondernemingen willen hun aandeelhouders en andere belanghebbenden zekerheid bieden over hun financiële en fiscale positie.
De belastingdienst heeft dit ingezien en ontwikkelde een nieuwe vorm van omgang met de belastingplichtigen: horizontaal toezicht. De fiscale positie is niet langer onzeker door de dreiging van controles en correcties achteraf. Nee; partijen werken met elkaar samen op basis van transparantie, begrip en vertrouwen. Klinkt als utopia?
Nu de negatieve kant: de belastingdienst heeft een sterk vergrijsd personeelsbestand als gevolg van de jarenlange personeelsstop. De personeelslaag van middelbare leeftijd, ervaren controleurs, is dun. De recent ingestroomde nieuwe collega’s zijn nog (lang) niet klaar voor het grote controlewerk. De beoogde controledichtheid - elke onderneming éénmaal in de vijf jaar - wordt niet gehaald. Wat nu?
Horizontaal toezicht is het geschenk. voor de belastingdienst. Er wordt een overeenkomst gesloten tussen belastingplichtige en de belastingdienst waarin de onderlinge ‘gedragsregels’ zijn vastgelegd. Maar eerst moet er schoon schip worden gemaakt ten aanzien van het verleden. niet alleen dient u vanaf nu alle ‘fiscale risico’s zonder terughoudendheid en zonder voorbehoud’ te melden, nee; ook die uit het verleden. U dient over de navorderingstermijn aan te geven welke fiscale standpunten u hebt ingenomen en hierover moet alsnog overeenstemming worden bereikt voordat u het belastingparadijs mag betreden. Ik vermoed dat niet iedere ondernemer hier meteen warm voor loopt.
Nu de groep grote ondernemingen is benaderd, wordt het horizontaal toezicht ook in het Mkb geïntroduceerd. bepalend voor het slagen ervan is het gedrag van de controleurs van de belastingdienst: is een repressieve controleur in staat een sfeer van vertrouwen te creëren waarin in alle openheid over alle aspecten van de belastingheffing kan worden gesproken? Of zet men al snel de hakken in het zand wanneer de eerste discussie ontstaat? De tijd zal het leren. Maar bedenk, om in termen van staatssecretaris De Jager te spreken: een wolf in schaapskleren is nog geen schaap. Of zoals Magritte het uitdrukte: 'Ceci n’est pas une pipe'.
Reageren?
jaap.van.wijlen@bdo.nl
Jaap van Wijlen, partner BDO ’s-Hertogenbosch