De discussie is al heel oud: moet je in dit soort tijden juist wel, of juist niet investeren in bijvoorbeeld duurzaamheid. Mijn antwoord is duidelijk; bij GWS dé schoonmaker zien we duurzaamheid niet als een luxeartikel of als een extraatje als het er af kan, maar als een basisvoorwaarde om goed te kunnen functioneren anno 2013.
Een bedrijf dat goed functioneert zal uiteindelijk ook makkelijker haar financiële targets halen. Actief zijn, de ramen open zetten, andere bedrijven ontmoeten en iets betekenen voor je omgeving en regio. En natuurlijk: investeren in je eigen mensen die op hun eigen manier naar een ‘duurzame’ toekomst streven. Dit kost inderdaad tijd en energie, maar levert uiteindelijk ook echt op. Buiten het feit dat ook wij natuurlijk keihard moeten werken om onze relaties te bedienen en nieuwe contacten aan te boren, steken we tijd in andere zaken. Ik ben juist trots dat we een kartrekker zijn in het platform ‘5* noordoost brabant werkt!’, een duurzaamheidsproject oppakten met Has en Hogeschool avans en samenwerking zoeken met de Weener Groep.
Ook investeren we graag tijd in gesprekken over duurzaamheid. We praten met klanten of zakelijke relaties en dan merk je dat het behoorlijk leeft. In economisch mindere tijden geldt niet altijd het mechanisme van de laagste prijs. Als schoonmaakbedrijf brengen we een aantal principes al jarenlang in de praktijk; we praten en discussiëren niet alleen over groen en duurzaam, we voeren het ook uit. Zo zamelen we tegenwoordig onze plastic flacons in. Dat doen we volgens het ‘cradle to cradle’ principe zodat ze eigenlijk weer een nieuw leven krijgen. Minder printen, minder autokilometers en zo hebben we nog meer praktische tips. Al Gore zal er niet van wakker liggen, maar het zijn ‘groene’ acties die je economisch zeker geen kwaad doen.
Samenwerken en innoveren; het is zeker niet vermoeiend of zonde van je tijd. Het
brengt nieuwe ideeën en geeft een positieve dynamiek. Dat is dus niet groeien tegen de stroom in, maar groeien met de stroom mee!