BOB Debat Noordoost-Brabant: Alternatieve financieringsvormen

Als ondernemer wordt het lastiger om financiering te krijgen. Banken krijgen striktere eisen opgelegd en moeten hogere buffers aanleggen, waardoor er minder geld beschikbaar is voor financiering. Een groeiend aantal ondernemers gaat daarom steeds vaker op zoek naar alternatieven zoals crowdfunding en private equity. Toch maakt het MKB nog weinig gebruik van deze mogelijkheden, namelijk minder dan 1%. Wat is hier de oorzaak van? En wat zijn de voors en tegens van alternatieve financiering? Gespreksleider en communicatiespecialist Bert Damen vraagt het de acht deelnemers van het BOB Debat.


Uitgave: Jan-Feb 2015
Thema’s: Ondernemen Debat Financieringspartner Financieel advies Financieringsplan

Het BOB Debat vindt plaats bij The Art of Living Well op bedrijventerrein De Brand, waar tevens het Waterglijbaan Experience Centre van iSlide-directeur en gastheer Rob Jansen is gevestigd. Op deze luxe en sfeervolle locatie, waar meerdere bedrijven op het gebied van wellness samenwerken, gaan de deelnemers met elkaar in debat over verschillende alternatieve financieringsvormen ‘Wat wordt er eigenlijk onder deze term verstaan?’, vraagt gespreksleider Bert zich af. De deelnemers komen gezamenlijk tot een antwoord: de niet (in eerste instantie) via het bancaire kanaal te verkrijgen vormen van financiering. Factoring, leasing en subsidies vallen volgens de debatdeelnemers niet onder de definitie.

Sceptisch
Veel ondernemers vinden het lastig om bij een Nederlandse bank financiering voor hun onderneming te vinden. Zo ook Henk Kaskens, managing director van Orgaworld, een bedrijf dat zich bezighoudt met organische reststoffenrecycling en energie. ‘Men heeft in Nederland sceptisch naar mijn businessplan gekeken. In Duitsland vond ik wel een luisterend oor. Ook vanuit Canada heb ik financiering weten te regelen.’ René Leenders, CEO van BroVest Holding, deelt deze ervaring: ‘Naar mijn mening kijken de meeste banken puur naar de cijfers, maar niet naar je trackrecord als ondernemer. Ik heb een cateringbedrijf en bouw, verkoop en verhuur daarnaast Amerikaanse aluminium caravans ofwel foodtrucks. Omdat dit uniek is, zijn er geen branchecijfers over te vinden. Wel kan ik laten zien dat ik al 32 jaar mijn zaakjes als ondernemer op orde heb.’ Volgens Menno Lamers, manager MKB van Rabobank ‘s-Hertogenbosch en Omstreken, wordt de bank vaak ten onrechte verweten dat die geen risico meer durft te nemen. ‘Wij gaan nog steeds graag in zee met ondernemers die goede ideeën hebben. Maar als bank ben je met geld van anderen aan het werk en daar hoort nu eenmaal ook risicomanagement en risicoappetijt bij.’ Gert-Jan Vaessen, sectormanager High Tech van de BOM (Brabantse Ontwikkelings Maatschappij), vertelt dat hij eigenlijk eerst naar de markt kijkt en vervolgens pas naar de ondernemer. ‘In Brabant barst het van de patenten en innovaties die op de schappen liggen. Maar er is gebrek aan goede ondernemers, durf ik te stellen. Een goede ondernemer is mijns inziens iemand die eerst bekijkt of er daadwerkelijk markt voor zijn product of dienst is. Je moet eerst geld gaan verdienen en jezelf bewijzen, daarna is alles investeerbaar.’

Wantrouwen
Monieke Linck, advocaat en leidinggevende van het banking & finance team binnen Holla Advocaten, vindt het belangrijk dat een ondernemer een partnerschap met zijn financier aangaat. ‘Ik constateer dat er regelmatig wantrouwen is. De ondernemer houdt hierdoor vis-a-vis bank de kaarten op de borst, waardoor de bank op haar beurt vis-a-vis ondernemer het gevoel heeft niet volledige inzage te krijgen. Daar is geen van beide vanuit risico-, maar bovenal commercieel perspectief bij gebaat. Dat is geen partnerschap.’ Menno vertelt dat de bank steeds vaker in de voorfase van de financiering probeert te bemiddelen.’ Je zult als bank mee moeten in alternatieve financieringsvormen om je unique sellingpoints te behouden. Het samenwerken met crowdfundingsplatformen is bij ons dan ook steeds vaker onderwerp van gesprek. Door bijvoorbeeld 60% door de bank te laten financieren en 40% op alternatieve wijze, wordt ons risico beter gespreid. Daarnaast proberen we aan te haken bij alternatieve financieringsvormen zoals de Ondernemerslift+.’ Ook de rol van de BOM is de afgelopen jaren veranderd. Gert-Jan vertelt: ‘Voorheen waren we (mede-)aandeelhouder op afstand, tegenwoordig zijn we een veel actievere aandeelhouder. We zitten naast de ondernemer aan tafel en proberen ons netwerk in te zetten om hem of haar op weg te helpen. Daarnaast verstrekken we steeds vaker leenvarianten vanwege de veranderde eisen die er aan banken worden gesteld.’

Match met de business
Crowdfunding wint aan populariteit: in Nederland zijn er inmiddels officieel 27, door de AFM erkende, crowdfundingsplatformen. Volgens Louis van Besouw, partner van het bedrijfskundig en bancair adviesbureau Claassen, Molenbeek & Partners, wordt lang niet iedereen daarop toegelaten. ‘Tussen de 75 en 80% van de aanvragen wordt afgewezen. Eenmaal toegewezen is 80 tot 100% van de ondernemers succesvol.’ Een voorbeeld hiervan is iSlide. Gastheer Rob voerde voor zijn interactief waterglijbaanconcept een succesvolle crowdfundingcampagne, waarmee hij €250.000 wist op te halen bij 101 investeerders, bestaande uit friend, family and fools. ‘Als ondernemer wilde ik graag het crowdfundingtraject van A tot Z ervaren. Van de bedrijven die ik bezit, vond ik iSlide het meest geschikt voor deze vorm van financiering. Het concept bestaat uit waterglijbanen met verlichting, geluid, projecties, interactieve spelvormen en foto-opnamen met de koppeling naar social media. Het idee is sexy, hot, interactief en spreekt internationaal tot de verbeelding. Ik ben van mening dat crowdfunding alleen kan slagen, indien er een goede match met de business is.’

Marketingtool
De 7% rente die Rob aan zijn investeerders kwijt is, ligt zo’n 2% hoger dan bij de bank. ‘Maar deze investering betaalt zich ruimschoots terug in de marketing. iSlide trok hiermee veel aandacht van de pers en op social media. Daarnaast heb ik 101 ambassadeurs die mijn product promoten.’ Gert-Jan is enthousiast over de aanpak van Rob. ‘Ik vind zijn verhaal briljant. Het verschil zit in het feit dat niet instituties het bedrijf financieren, maar consumenten zoals wij hier aan tafel. Dat biedt nieuwe mogelijkheden. Ik hoop dat steeds meer ondernemers deze stap wagen, mits het bij het type bedrijf past.’ Ook René koos voor deze methode van financiering. ‘Het is een goede marketingtool. Door middel van crowdfunding probeer ik mijn evenement Slowlands, een culinair slow food festival in Boxtel, te organiseren. Maar waar ik eigenlijk naar op zoek ben? Naar 30.000 bezoekers. Het is erg lastig om mensen te enthousiasmeren om een kaartje aan te schaffen in de voorverkoop. Ze investeren liever tegen een hogere prijs in een crowdfundingproject. Het idee van een pakket producten met een picknickkleed en een galadiner klinkt voor hen veel aantrekkelijker in de oren.’ Hoewel crowdfunding nu hot is, bevindt het zich volgens Monieke nog steeds in de embryofase. ‘Het MKB wordt vaak bancair gefinancierd of vanuit private equity of privévermogen.’ Als jurist vindt ze dat er de nodige onzekerheden kleven aan crowdfunding initiatieven. ‘Crowdfunding is niet geschikt voor ieder type financiering. Het leent zich vooral voor een te marketen project of product, niet voor reguliere werkkapitaalfinanciering. Het is een mooi initiatief, maar ik ben ook een beetje beducht. Wat gebeurt er over drie jaar met de regelgeving als het eerste platform omvalt?’ Ook Menno is benieuwd wat de toekomst gaat brengen: ‘Wat als de hype en media-aandacht rondom crowdfunding zijn verdwenen? Welke rol zal het dan in de toekomst spelen?’

Andere mogelijkheden
Bart Jonkman is managing partner van Capitalmind, een onafhankelijk corporate finance bedrijf dat onder meer advies biedt bij bedrijfsverkoop, overnames, fusies en corporate funding. Hij signaleert nog een andere trend: ‘Je ziet steeds meer partijen uit de UK het vasteland op komen, dan gaat het vaak over grotere tickets. Vanaf tien miljoen euro kan het interessant zijn om je als ondernemer tot een debt fund te richten. Ook voor een traditionele bank is het interessant om daarmee samen te werken in plaats van een concurrerende bank.’ Maar volgens Gert-Jan zijn er meer goede mogelijkheden om als ondernemer aan geld te komen: ‘De BOM verschaft een aandeel in zo’n 70 tot 80 ondernemingen, van start-up tot aan de groeifase. Dit gaat om bedragen tussen de €250.000 en €2.500.000. Ook de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) stimuleert ondernemers met subsidies, het vinden van zakenpartners, kennis en het voldoen aan wet- en regelgeving. Ze bieden onder meer (export) garanties en kredieten. Er ligt bij de RVO heel veel geld op de plank, maar daar wordt heel weinig gebruik van gemaakt. Ondernemers weten simpelweg niet dat het bestaat. De Kamer van Koophandel zou een grotere rol kunnen spelen in het ontsluiten van deze kennis.’ Louis vult aan met nog een tip: ‘Je hebt bijvoorbeeld ook de Financieringspoort, waar ondernemers de helft van de financieringsadvieskosten vergoed kunnen krijgen. Deze mogelijkheid is helaas nog niet zo bekend onder MKB’ers.’

Kredietunies
Gert-Jan haalt nog een voorbeeld aan: kredietunies. ‘Dit zijn coöperatieve kredietverenigingen met uitgesloten aansprakelijkheid zonder winstoogmerk, waarin ondernemers zich per regio of per branche organiseren om elkaar geld te lenen. Het is een opkomend fenomeen dat naast banken en crowdfunding als alternatief bestaat.’ Ook de organisatie van Louis heeft daar ervaring mee. Zij hebben onder meer een kredietunie in Noord-Limburg opgezet. ‘Regionale ondernemers funden dit fonds, waaruit leningen worden verstrekt. Het voordeel hiervan is dat als je onder een balanstotaal blijft, je niet aan de meest strenge eisen van de wet hoeft te voldoen. Want daar zit vaak het probleem: banken moeten veel extra kosten maken om aan alle regels te voldoen die wij met z’n allen verzinnen.’ Monieke noemt nog een alternatief: leveranciersfinanciering. ‘De ketenfinanciering wordt afhankelijk van de grote partijen met wie je veel zaken doet. De financieel sterke afnemer geeft een garantie af aan de bank, dat de bank van die afnemer de factuur betaalt en aan die afnemer krediet verleent voor dat bedrag. Dat scheelt een hoop administratieve kosten en is voor het MKB heel geschikt.’ Louis voegt daaraan toe: ‘Het grote verschil met zes jaar geleden is dat destijds de bank altijd de oplossing bood. Nu zijn er veel meer mogelijkheden. Je moet alleen niet van loket naar loket lopen als ondernemer, dat werkt niet. Maak een bewuste keuze en ga goed voorbereid op je doel af.’

Hulptroepen
Gian Ploegmakers van Regio Business vraagt zich af hoeveel omgevallen bedrijven er nu nog zouden hebben bestaan, als de ondernemers daarvan open hadden gestaan voor alternatieve financieringsvormen. Louis reageert: ‘Dat is een hele goede vraag. Als adviseur kom ik liever om 5 voor 9 bij een bedrijf binnen dan 5 voor 12. Maar eerlijk gezegd zie ik ondernemers vooral reageren in plaats van proactief zijn. Als je tot het laatste moment wacht, kun je al beter een advocaat inschakelen naast een adviseur.’ Volgens René is het dan ook belangrijk om een team van experts om je heen te verzamelen. ‘Je moet als ondernemer tijdig inschatten wanneer het je boven de pet groeit en hulptroepen inschakelen.’ Menno vult aan: ‘Als ondernemer hoef je niet alles over financiële dienstverlening te weten, daar heb je immers adviseurs voor. Maar helemaal blanco zijn, dat kan echt niet. Je behoort op zijn minst te weten wat er in je eigen onderneming speelt, zodat je tijdig op ontwikkelingen kan inspringen.’

Brug bouwen
Tot slot wil Bert van de deelnemers weten waar de financieringsmarkt over vijf jaar staat. Bart denkt dat er niet heel veel gaat veranderen. ‘In Amerika wordt 70% van de bedrijfskredieten extern gefinancierd. Ik denk dat in Nederland traditionele financiering het populairst blijft. Geleidelijk aan zal er een kleine verschuiving naar meer alternatieve financiering plaatsvinden.’ Rob stelt: ‘Door de nieuwe werkelijkheid worden er steeds meer nieuwe financieringsvormen ontwikkeld. Zo ontstaat er weer een betere balans.’ Ook Gert-Jan voorspelt een grotere diversiteit op de markt. ‘Ik constateer dat er veel vraag en ook veel geld beschikbaar is, maar men weet elkaar helaas niet altijd te vinden. Hopelijk kunnen we de komende jaren een betere brug tussen verschillende partijen bouwen, zodat de Nederlandse economie een goede impuls krijgt.'

Adviezen van de deelnemers:
Gert-Jan Vaessen: ‘Voor een goede ondernemer met een goed plan is er altijd geld.’
Menno Lamers: ‘De bank gaat zich nog meer richting de ondernemer bewegen.’
Rob Jansen: ‘Gebruik crowdfunding alleen als het echt bij je business en plannen past.’
Bart Jonkman: ‘Schrijf geen roman als businessplan. Schat de cash in en cash out goed in, daar wordt de financiering op gebaseerd.’
René Leenders: ‘Je moet je plan eerst goed aan je bank of financier verkopen, voordat je dit aan de klant kunt doen.’
Henk Kaskens: ‘Durf over de grens te kijken naar financiering. Ook als MKB’er.’
Monieke Linck: ‘Kennis is macht. Heb inzage in je financieringsrisico’s en ga partnerschappen met je financier aan.’
Louis van Besouw: ‘Shop niet van loket naar loket. Stel eerst een goed plan en een doordachte strategie op, je krijgt immers maar één kans bij een financieringsaanvraag.’

< Alle thema's